European flag

Publicatieblad
van de Europese Unie

NL

L-serie


2024/1164

26.4.2024

RICHTSNOER (EU) 2024/1164 VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK

van 8 februari 2024

tot wijziging van Richtsnoer (EU) 2016/65 betreffende binnen het kader van de tenuitvoerlegging van het monetairbeleidskader van het Eurosysteem toegepaste surpluspercentages (ECB/2015/35) (ECB/2024/5)

DE RAAD VAN BESTUUR VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 127, lid 2, eerste streepje,

Gezien de statuten van het Europees Stelsel van centrale banken en van de Europese Centrale Bank, en met name artikel 3.1, eerste streepje, artikel 9.2, artikel 12.1, artikel 14.3, artikel 18.2 en artikel 20, eerste alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Overeenkomstig artikel 18.1 van de statuten van het Europees Stelsel van centrale banken en van de Europese Centrale Bank mogen de Europese Centrale Bank (ECB) en de nationale centrale banken van de lidstaten die de euro als munt hebben (hierna de “NCB’s” genoemd), krediettransacties verrichten met kredietinstellingen en andere marktpartijen, waarbij de verleende kredieten worden gedekt door toereikend onderpand. In Richtsnoer (EU) 2015/510 van de Europese Centrale Bank (ECB/2014/60) (1) zijn de algemene voorwaarden vastgelegd waaronder de ECB en de NCB’s bereid zijn krediettransacties aan te gaan, waaronder de beleenbaarheidscriteria voor onderpand voor krediettransacties van het Eurosysteem.

(2)

Op alle voor krediettransacties van het Eurosysteem beleenbare activa zijn specifieke risicobeheersingsmaatregelen van toepassing om het Eurosysteem te beschermen tegen financiële verliezen wanneer het onderpand te gelde moet worden gemaakt vanwege een geval van wanbetaling van een wederpartij. Het risicobeheersingskader van het Eurosysteem wordt regelmatig herzien met het oog op het waarborgen van toereikende bescherming. Het is nodig om wijzigingen aan te brengen om de behandeling van de surpluspercentages van schuldbewijzen die mogelijk door de ECB kunnen worden uitgeven te verduidelijken.

(3)

Derhalve moet Richtsnoer (EU) 2016/65 van de Europese Centrale Bank (ECB/2015/35) (2) dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE RICHTSNOER VASTGESTELD:

Artikel 1

Wijzigingen

Richtsnoer (EU) 2016/65 (ECB/2015/35) wordt als volgt gewijzigd:

1)

Aan artikel 1 wordt het volgende lid 3 toegevoegd:

“3.   Er wordt geen surpluspercentage toegepast op ECB-schuldbewijzen en door de NCB’s vóór de aannemingsdatum van de euro uitgegeven schuldbewijzen in hun respectieve lidstaat die de euro als munt heeft.”

.

2)

In artikel 2 wordt punt a) vervangen door:

“a)

schuldbewijzen uitgeven door centrale overheden, de Europese Unie en schuldbewijzen uitgegeven door de nationale centrale banken van de lidstaten die de euro niet als munt hebben, worden opgenomen in surpluspercentagecategorie I;”.

3)

De bijlage wordt overeenkomstig de bijlage bij dit richtsnoer gewijzigd.

Artikel 2

Vankrachtwording en tenuitvoerlegging

1.   Dit richtsnoer wordt van kracht op de dag van kennisgeving ervan aan de NCB’s.

2.   De NCB’s nemen de nodige maatregelen om aan dit richtsnoer te voldoen en passen deze maatregelen toe met ingang van 6 mei 2024. Zij stellen de Europese Centrale Bank uiterlijk op 22 maart 2024 in kennis van de met die maatregelen verband houdende teksten en middelen.

Artikel 3

Geadresseerden

Dit richtsnoer is gericht tot de NCB’s.

Gedaan te Frankfurt am Main, 8 februari 2024.

Voor de Raad van bestuur van de ECB

De president van de ECB

Christine LAGARDE


(1)  Richtsnoer (EU) 2015/510 van de Europese Centrale Bank van 19 december 2014 betreffende de tenuitvoerlegging van het monetairbeleidskader van het Eurosysteem (richtsnoer algemene documentatie) (ECB/2014/60) (PB L 91 van 2.4.2015, blz. 3).

(2)  Richtsnoer (EU) 2016/65 van de Europese Centrale Bank van 18 november 2015 betreffende binnen het kader van de tenuitvoerlegging van het monetairbeleidskader van het Eurosysteem toegepaste surpluspercentages (ECB/2015/35) (PB L 14 van 21.1.2016, blz. 30).


BIJLAGE

In de bijlage bij Richtsnoer (EU) 2016/65 (ECB/2015/35) wordt tabel 1 vervangen door:

“Tabel 1

Surpluspercentagecategorieën voor beleenbare verhandelbare activa op basis van het emittenttype en/of activumtype

Categorie I

Categorie II

Categorie III

Categorie IV

Categorie V

Schuldbewijzen uitgegeven door centrale overheden

Schuldbewijzen uitgegeven door de Europese Unie

Schuldbewijzen uitgegeven door nationale centrale banken van lidstaten die de euro niet als munt hebben

Schuldbewijzen uitgegeven door lokale en regionale overheden

Schuldbewijzen uitgegeven door vanwege het Eurosysteem als agentschappen ingedeelde entiteiten, zijnde kredietinstellingen of niet-kredietinstellingen en die voldoen aan de kwantitatieve criteria van bijlage XII bis bij Richtsnoer (EU) 2015/510 (ECB/2014/60)

Schuldbewijzen uitgegeven door multilaterale ontwikkelingsbanken en andere internationale organisaties m.u.v. de Europese Unie

Door wetgeving gereguleerde gedekte obligaties

Multi cédulas

Schuldbewijzen uitgegeven door niet-financiële vennootschappen, vennootschappen in de overheidssector en agentschappen die niet-kredietinstellingen zijn en die niet voldoen aan de kwantitatieve criteria van bijlage XII bis bij Richtsnoer (EU) 2015/510 (ECB/2014/60)

Ongedekte schuldbewijzen uitgegeven door kredietinstellingen en agentschappen die kredietinstellingen zijn en die niet voldoen aan de kwantitatieve criteria van bijlage XII bis bij Richtsnoer (EU) 2015/510 (ECB/2014/60)

Ongedekte schuldbewijzen uitgegeven door financiële vennootschappen m.u.v. kredietinstellingen

Effecten op onderpand van activa”


ELI: http://data.europa.eu/eli/guideline/2024/1164/oj

ISSN 1977-0758 (electronic edition)